Door het adolescentenstrafrecht is de grens tussen het jeugdstrafrecht en het volwassenenstrafrecht vloeibaar geworden.
In de praktijk komt het op het volgende neer:
A. Minderjarige verdachten
Minderjarige verdachten komen voor de kinderrechter. Bij jongeren van 16 en 17 jaar kan de rechter beslissen om het volwassenenstrafrecht toe te passen. Dat verandert niet.
B. Volwassen verdachten
Volwassen verdachten komen voor de politierechter of meervoudige kamer. Bij jongvolwassenen tussen 18 en 23 jaar kan de rechter beslissen om het jeugdstrafrecht toe te passen. Dat kon al voor jongvolwassenen van 18, 19 en 20 jaar. Voor jongvolwassenen van 21 en 22 jaar is dit nieuw sinds 1 april 2014.
C. Advies reclassering
De reclassering adviseert al, als de strafzaak nog bij de officier van justitie ligt. Deze kan ofwel een veroordeling volgens het jeugdstrafrecht, ofwel volgens het volwassenenstrafrecht vorderen.
D. Toezicht en begeleiding reclassering
De rechter kan in zijn vonnis toezicht en begeleiding door de reclassering opleggen. Als de rechter kiest voor het volwassenenstrafrecht, dan draagt hij dit toezicht op aan de volwassenenreclassering. Als de rechter kiest voor het jeugdstrafrecht, dan kan hij dit toezicht aan de jeugdreclassering of aan de volwassenenreclassering opdragen.
Zowel de jeugdreclassering als de volwassenenreclassering gaan daardoor werken met de groep 16- tot 23-jarigen. Hiervoor is een methode ontwikkeld. Daarnaast krijgen reclasseringsmedewerkers deskundigheidsbevordering aangeboden. De medewerkers leren vooral te werken met adolescenten met een licht verstandelijke beperking.
E. Bijzondere voorwaarden
De rechter kan een voorwaardelijke sanctie (straf of maatregel) opleggen, waarbij bijzondere voorwaarden gelden. Het verschil tussen de bijzondere voorwaarden voor het jeugdstrafrecht en het volwassenenstrafrecht is grotendeels verdwenen. Zo kan een jongere vanaf 12 jaar bijvoorbeeld elektronisch toezicht (controle met een enkelband) krijgen.
Onder de bijzondere voorwaarden valt ook de verplichting om onderwijs te volgen. De onderwijsverplichting geldt voor jongeren tot 18 jaar.
F. Plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (PIJ)
De maatregel PIJ geldt voor 3 jaar. Daarna kan de rechter deze verlengen, tot in totaal maximaal 7 jaar. Is de jongere dan nog steeds een gevaar voor de samenleving? Dan kan de rechter de PIJ omzetten in een terbeschikkingstelling (TBS).
G. Gedragsbeïnvloedende maatregel (GBM)
De GBM komt door het adolescentenstrafrecht beschikbaar voor alle jongeren en jongvolwassenen tot 23 jaar. Houdt de adolescent zich niet aan de voorwaarden van de GBM? Dan kan de rechter een time-out opname in een justitiële jeugdinrichting opleggen van maximaal 4 weken. Ook kan de rechter beslissen dat de jongere ‘s nachts in een justitiële jeugdinrichting verblijft. Hij of zij kan dan overdag bijvoorbeeld een opleiding volgen.
E. Taakstraf
Jongeren die een ernstig geweldsmisdrijf of zedendelict hebben gepleegd, mogen niet alleen een taakstraf krijgen. Zij krijgen sinds 1 april 2014 alleen nog een taakstraf in combinatie met een andere sanctie. Bijvoorbeeld een GBM.
Jeugdrecht
In artikel 1:254 BW is bepaald dat minderjarigen (jonger dan 18 jaar) onder toezicht kunnen worden gesteld in het geval dat de minderjarige zodanig opgroeit dat zijn zedelijke of geestelijke belangen of zijn gezondheid ernstig worden bedreigd en middelen om deze bedreiging af te wentelen, hebben gefaald.
Om de ontwikkeling van een kind veilig te stellen kan de rechter een zogenoemde maatregel van kinderbescherming opleggen.
De kinderrechter kan daarbij beslissen omtrent een ondertoezichtstelling (OTS) of een uithuisplaatsing (UHP). Thomas Advocaten heeft ruime ervaring op dit gebied en staan u hierin graag bij.
Naast Nederlands kan men ook terecht met Portugees, Spaans, Arabisch en Berbers
E-mailadres: info@thomasadvocaten.nl
Website: www.thomasadvocaten.nl
Doelstelling of kernactiviteit:
Thomas Advocaten voert een algemene praktijk met accenten op het gebied van het Strafrecht en Personen- en Familierecht.
Belangrijkste doelgroepen:
Naast Nederlands kan men ook terecht met Portugees, Spaans, Arabisch en Berbers